Onze leerkracht van taalvaardigheden, Matthias Lefebvre heeft samen met Peter Dejonckheere een artikel geschreven over hoe het tegenwoordig gesteld is met het West-Vlaamse dialect.
Het onderzoek werd onderzocht aan de hand van vele mondelinge enquêtes. In totaal waren dat er 3104 dat is een hele hoop!
Het gaat ook over de dialecten bij kinderspelen.
Er werden in het onderzoek 3 hypotheses vastgesteld.
Deze waren:
Hypothese 1: Hoe ouder, hoe hoger de score op dialectgebruik en -kennis
Ouders proberen standaardtaal te spreken tegen hun kinderen.
Hypothese 2: Mannen scoren op dialectgebruik en -kennis beter dan vrouwen.
Het feit dat vrouwen in hoofdzaak verantwoordelijk zijn voor de opvoeding van de kinderen kan een rol spelen bij het beschaafder taalgebruik van vrouwen. Moeders willen hun kinderen alle kansen geven op de arbeidsmarkt en vrezen dus dat dialect spreken niet bevorderlijk is voor de schoolresultaten of de professionele carrière van hun kinderen.
Mannen vrezen dat standaardtaalgebruik hun mannelijke identiteit zal aantasten.
Hypothese 3: Hoe hoger opgeleid, hoe lager de score op dialectgebruik en -kennis.
Hoger opgeleiden spreken minder dialect en geven het minder door aan hun kinderen dan lager geschoolden.
Besluit van het onderzoek:
Ouderen spreken meer dialect dan jongeren; mannen spreken meer dialect dan vrouwen;
lager opgeleiden spreken meer dialect dan hoger opgeleiden.
Daarnaast zien we de tendens dat bepaalde kinderspelen in onbruik raken. Het is dan ook niet verwonderlijk dat in hoofdzaak jongeren die spelen niet kunnen benoemen, want ze komen in
hun leefwereld niet voor.
Als u het onderzoek, artikel zelf eens wilt lezen dan kan dat hier
Geen opmerkingen:
Een reactie posten